Beste Bob

Beste Bob,

Mijn dagboek. Wekelijks.

20 Oktober 2020




Nog effekes, Bob, en dan ben ik 46.
Dat is 1: Nog heulemaal niet oud (sterker: vriendlief werkt met hoogbejaarden, dus in vergelijking ben ik piepjong - 't is maar vanuit welk oogpunt je het bekijkt) en punt 2: dat is tegelijkertijd heulemaal niet jong meer. En daar begin ik een beetje last van te krijgen, Bob.
Die last begint, met name, buitenshuis de kop op te steken.


Kijk, er zitten zeker een aantal voordelen aan ouder worden. Je kan de boel steeds beter door verschillende brillen bekijken en begrijpen en de grootste, fikse branden op terreinen van een baan moeten scoren, een relatie willen hebben, op eigen benen kunnen staan en dat soort basic needs, zijn ruimschoots geblust. Soms meerdere malen.

En het wordt ook wat rustiger in de broek, za'k maar zeggen.

Ik hoor 'm wel eens een beetje verveeld denken: 'Tja ach, dat hebben we ook wel 's vaker gezien.' Begrijp me goed Bob, het is er zeker nog niet eentje met een dwarslaesie, maar wel eentje die het sneller goed begint te vinden.


Er valt zo'n kalme, lichte sluierbewolking over het grote geheel heen, dat is het een beetje.

Thuis een beetje koken, vriendlief knuffelen, over en weer delen we wat aardig,- en wetenswaardigheden en vergeten we de tijd met een aantal specifiekere liefhebberijen (zie je wel). En daarna fijn Nieuwsuur kijken, Eva en Op1, een handje vol eigenaardige series op Netflix volgen, een heerlijk kopje verse thee en een koekje, on the side.

Het leven is fijn zo, rustig en overzichtelijk. 

Totdat ik buiten kom, Bob.


Ik weet niet wat het is, maar als ik dan zo'n groepje energieke, opgetogen, knappe scholierse of studentikoze jongens en meiden zie (oke oke, iets meer de blik naar de boys, maar dat is de schuld van mijn aandoening), die zo'n beetje 'Aan Het Grote Begin' staan, dan ervaar ik soms wel wat stevige scheuten van jaloezie en pijnlijk ongemak.

Er is sprake van kwaadwillige opzet, pure samenspanning, afgesproken werk. Om me gek te maken. Ik bedoel, het ziet er allemaal toch, laa'k het netjes en beschaafd formuleren, ehm... botergeil uit?

Ze lopen allemaal in brute skinny's met vette shirts, wrede jassen, puike kicks, haartjes strak in model, een beetje cool en chill te zijn, met vooral een blik op de smoel van: 'Who tha fak ben jij?'


Zo'n blik die me laat realiseren dat ik er steeds minder bij hoor en er steeds meer bij hang of bungel, of zoiets, zo'n zijeffect van de samenleving waarin zij het middelpunt zijn.
Als ik terugkijk op mijn eigen pubertijd was ik zeker niet altijd haantje de voorste, was ik wel iets, maar nooit razendpopulair en koos ik er dikwijls zelf voor om er juist niet bij te horen (lekker tegendraads met een grote bek).

Maar nu is dat geen keuze meer.
Nu lig je er per defintie uit.


Als ik wel eens op de fiets (electrisch, ook nog - kunnen zij niet betalen, nah nah, nah, nah nah) een jonger exemplaar (al dan niet per ongeluk) schuin afsnij, dan is de reactie "Kijk uit je doppen, ouwe lul" of je krijgt een begripvolle blik die zegt 'Geeft niets hoor, oude seniele man, de samenleving raast maar door he." Nou, vertel mij maar wat erger is, Bob.


Ik hoef absouluut niet terug naar dat begin, omdat ik natuurlijk ook weet dat dat met zoveel puberale ongemakken gepaard gaat, waarvan ik nog zo goed weet hoe fijn dat was, dat dat voorbij was. En al die onmogelijke keuzes die ze opgelegt krijgen, de stress van prestatiedrang en faalangst en dat eindeloos zoeken naar je plek in alles. 

Maar stel, je zou terug kunnen, seniele oude man,  zou je het dan anders hebben gedaan?
Ja vast, ik denk het wel. En dan later geheid weer denken:  'Had ik het maar anders gedaan'.


We beginnen niet met wat we nu weten. 

En dat is maar goed ook, het zou het mooiste, heftigste en het lekkerste van die tijd vernietigen. 

Maar toch, het is zo'n ongemak, Bob, waar ik maar niet geheel de vinger achter krijg. weet je... 't Is dat gevoel, weet je... je weet zelluf...


Ik troost me dikwijls met de gedachte dat ik daar waarschijnlijk gewoon nog veel te jong voor ben.




Massol






Beste Bob,

Mijn dagboek. Wekelijks.

13 April 2020




Mijn God, wat had ik nu toch graag gewild dat je gewoon nog leefde! Tis misschien een beetje rauwe binnenkomer maar als je daadwerkelijk op een wolkje zit mee te kijken naar alle gebeurtenissen die de wereld momenteel teisteren, dan zul je inmiddels een gigantische mening klaar hebben, zoals je over zoveel dingen des levens een stevige mening had. Ik ben er zo benieuwd naar!
Kom op Bob, lazer hier die rare schemerlamp van dat kastje, om te laten zien dat je mijn noodkreet meekrijgt!


Na de invoering van de participatiemaatschappij komt Rutte nu met de anderhalvemetersamenleving.
Ik mag van Harm-dit-was-het-nieuws-Edens niet meer zeggen dat het een bijzonder, absurde,, bizarre of gekke tijd is want Harm is er kennelijk in zijn geheel al vertrouwd mee, maar in mijn hoofd is dit nog steeds, op zijn zachtst gezegd, uiterst bevreemdend.
Van de ene op de andere week moeten we uitwijken voor elkaar, in de Albert Heijn en op straat, en indien je je op straat begeeft, dan bij voorkeur in je eentje, en bij nog meer voorkeur helemaal niet! Ik mis mijn vrienden meer dan ooit, Bob. Dat menselijke contact, de nabijheid van andere lijven, hoofden en geluiden.


En op tv, de ene na de andere commercial zoomt genadeloos in op het persoonlijke kleine leed, op de helden in de zorg en op de positieve twists die de bevolking eraan weet te geven en zo'n beetje alle beroepsgroepen worden bedankt voor hun inzet in deze ternauwernood post-apocalyptische wereld.
Professioneel gedrukte posters en aanplakbiljetten op de etalageruiten van de veelal gesloten winkels toeteren je de overheidsregels tegemoet: Houd afstand, was je handen, kom alleen, hoesten in je elleboog. Maar ook de regelplakkaten in de, met plexiglas en plakband, ontsierde supermarkten, laten het doen lijken alsof het nooit anders is geweest.
De Kruidvat hier, waarin ik voorheen altijd zigzaggend, langs stapels troep, zo snel mogelijk pakte wat ik nodig had om even zo snel eruit te rennen, heeft nu 1 verplichte looproute.

Er kwam goddomme geen eind aan!

En ik wou alleen maar een flesje zonnebrandcrème, Bob!
In het begin kijk je nog een beetje op als er geen publiek zit bij Op1 en Jinek en Kassa en noem maar op, maar nu is het, van een haast schokkende, vanzelfsprekendheid.
          En Rutte lanceert dan, quasi nonchalant zoals hij alleen dat kan, de term 'Anderhalvemetersamenleving". In diezelfde adem zou hij ook, op dezelfde toon, uit de kast kunnen komen. Het is eruit voordat je het weet en het dringt pas tot je door als het moment voorbij is.


De anderhalvemetersamenleving,, Bob...
Daarin hangen we posters met leuzen als 'Wij vergeten jullie niet' en witte t-shirts met een rood hartje voor het raam en zetten we beertjes in de vensterbank. Allemaal mooie gebaren en creatief verzonnen maar het haalt het toch niet bij het echte?


Producenten van shows en musicals zetten van alles online om de fervente theaterliefhebbers te voorzien in hun dagelijks aanbevolen hoeveelheid kunst, zang en dans. Ook legendarische voetbalwedstrijden worden herhaald. We hebben zelfs Troost-Tv en extra veel cabaret op televisie. Maar het haalt het toch niet bij het echte, Bob?


Hoe gaat het leven eruit zien in die nieuwe samenleving? Hoe organiseer je nog de leuke dingen in het leven? Romantisch of gezellig eten ergens, pretparken, concerten, dierentuinen bezoeken, theatervoorstellingen zien? Hoe gaan theatermakers daar een draai aangeven?
Zie je Bob, ik heb zoveel vragen en als jij een geest, spook of zwevende ziel bent, zou je toch min of meer alwetend moeten zijn, althans, dat fantaseer ik dan zo. Geef me dan eens antwoord!
Ik kijk naar die rare schermerlamp, die staat nog onbewogen rechtop op het kastje. Oke, dood is dood en dat blijft gewoon dood. Jammer, maar akkoord, Bob.

        Maar de rest, Harm-dit-was-het-nieuws-Edens, is niet gewoon en ik weiger er aan te wennen. Het is een bizarre tijd.




Doegg...





Beste Bob,

Mijn dagboek. Wekelijks.

1 April 2020




Vandaag, Bob, heb ik mij er toe gezet om thuis te sporten. Voorafgaand aan dit sportieve voornemen had ik besloten dit om de dag op te pakken, om de zwaartekracht te treiteren en om, niet alleen met een gerust hart, maar vooral met een buitengewoon goed, strak lijf de zomer in te kunnen. Want ja, kwestie van tijd: the summer is coming, Bob, wan wee or die odder!


Zoals ik je verteld had ben ik in het trotse bezit van een rijbewijs (#kijkeenswatikheb) en is er een coole cabrio binnen handbereik. Ik zie mezelf wel chillen, straks, van de zomer. Ontbloot bovenlijf, afgetraind en wel, zonnebrilletje op, dakje eraf, 30 graden en gaaaan...!! Althans, zo ziet dat eruit in mijn hoofd. Anderen zien waarschijnlijk, mijn vriend incluis denk ik, een kale, ouwe vent zitten in een te vlotte wagen, met een verbrande kop want die witte harses is niet tegen die pleuriszon bestand, en dan opeens is de midlifecrisis wel heel dichtbij.

Oke oké.

Dan niet.


Kijk Bob, ik ben 45. Ik zie dr nog hasstikke goed uit voor mijn leeftijd. Ik bedoel, als ik op straat om me heen kijk zie ik, naar ik meen, jongere kerels die praktisch ten dode zijn opgeschreven. Daar wil je noch onder, noch bovenop gevonden worden, za'k maar zeggen.

Maar ik merk toch dat deze eenzame opsluiting zijn tol begint te eisen op mijn lichaam. Nou ben ik nooit echt een heel fanatieke sporter geweest (meestal zijn dat van die vlagen en als je maar lang genoeg blijft liggen trekt dat vanzelf weg), maar eenmaal bezig vind ik het wel echt lekker.

Maar nu kunnen we dus geen kant op.

En juist op dat soort momenten wil ik iets, Bob. Geheid! Ik heb dat altijd! Heb ik ook met goede ideeën. Die komen altijd op als het niet uitkomt.

Ken je dat, Bob, toen je nog leefde?

Ik heb dat zo vaak!

Zijn de winkels gesloten, voel ik opeens de behoefte om een taart te bakken.

Ik wil net aan mijn website werken of trainen als ik in de trein zit. Ik wil altijd mijn zus bellen als mijn telefoon leeg is. Of ik krijg het briljante idee om een roman te schrijven, maar dan moet ik werken.

Nou ja, dat dus.

En nu de halve wereld is lam gelegd, Bob, zou ik dus in zekere zin van alles kunnen, maar kom ik er heel slecht aan toe.

Dat is een soort van verslagenheid die me uitput en zwak maakt. Het is ook het structuurloze, vermoed ik. Ik ben een stuurloze ADHD-er met veel te veel vrijheid en keuzes. Keuzes, Bob, gatverredamme!

Nou ja... Soms dan.


Maar goed, ik dwaal af (joh, verrassend!), vandaag dacht ik dus: begin maar met om de dag een beetje thuis te sporten. Dus ik op YouTube, en al snel kom je dan van die korte filmpjes tegen waarin één zo'n gladde Amerikaanse bink in twee minuten 10 voorbeeldoefeningen laat zien en dan zegt : 'Vond je dit leuk, abonneer je dan en doe een duimpje omhoog! ' En daarna mag je het zelf verder uitzoeken!

Ja, me hoela Bob! Daar heb ik niks aan!

Dat motiveert niet!

Ik moet samen met iemand, een full body workout doen zodat ik potverdorie niet de enige ben die lijdt!

Nooouuuu... Dat heb ik geweten!

Ik ben nog aan het revalideren, Bob.


Kijk, deze heb ik gedaan. 

Echt met zo'n typische heterofiele Amerikaanse, uitstekend voor pornofilmpjes geschikte, gespierde drillconstructor.

https://www.youtube.com/watch?v=Pe0INYxAHuw&feature=share&fbclid=IwAR1lrbRtnvuLsRIAH19pK6UuXwhQ5zXIzVkw6Mb2XCi0Gb2MS3lXK0jVLI8

Dikke 45 minuten workout!

Wist ik veel. Ik denk, da's wel te doen, maar ik legde het af joh! Binnen een kwartier zag ik de lijkenwagen al door mijn straat rijden en bedacht ik mijn eigen rouwadvertentie.

"Hier rust hij. Hij begon enthousiast, zoals met veel dingen...." Zoiets.

Maar ik heb het volbracht en de instructeur zei dat ik trots op mezelf kon zijn. You can be proud of yourself, guys! Knap werk! Good job, you know, dat zei die. En natuurlijk heb ik een abonnementje genomen en een duimpje omhoog gedaan. We zijn nu vrienden. Best buddies! You know.

Ik zie hem overmorgen lekker weer.

Damn... Ik hoef dan, denk ik, nog steeds nergens naar toe, he? 


Doei Bob!





Beste Bob,

Mijn dagboek. Wekelijks.

27 Maart 2020



Maarehh... Bob, beste Bob, het is dus zover!
Ik heb mijn rijbewijs!!! Jeeejjj...!!
Ik zou door alle ****ellende bijna vergeten jou in te lichten!

Maar da's niet zo, hoor, dit vergeet ik nooit meer!
Vraag maar aan vriendlief.
Die beloofde al slechts na de zesde keer het ding te verbranden als ik 'm nog één keer volslagen onverwacht onder zijn neus schoof, onder mijn blijde gejuich: "Kijk eens wat ik heb, kijk eens wat ik heb!"
Zit ie, naast me, tv te kijken, bam!, pasje tegen zijn brillenglazen: "Kijk eens wat ik heb!"
Staat ie te koken, besluip ik hem van achter, bam!, pasje voor zijn muil: "Kijk eens wat ik heb!"
Nou is hij onderhand zo stokoud dat ie er nog eentje van roze papier heeft gehad, volgens mij - misschien zelfs nog wel een zwartwit printje, omdat kleur toen nog niet bestond of dat pasfoto's nog niet waren uitgevonden - dus de lol die ik heb is voor hem al helemaal kapot.
Boeiieuhh! Kijk eens wat ik heb!


Overigens is 'Kijk eens wat ik heb' iets totaal anders dan 'Kijk eens wat ik kan', Bob.
Want als je zo'n ding eenmaal hebt sta je er godverdomme opeens helemaal alleen voor! Ze zijn niet goed! Weet je wel hoe levensgevaarlijk en totaal onverantwoordt dat is! Je laat mij toch niet eens opeens in mijn eentje zo'n auto bestieren! Zijn ze daar wel helemaal jofel bij het CBR? Het zweet brak me uit, dat begrijp je!
Bij de gemeente ook, toen ik 'm op kon halen (Ik had hem versneld aangevraagd want ja, 5 dagen wachten is dan opeens gelijk aan 5 jaar!): dat mokkel achter dat gemeenteloket gaf hem gewoon mee!

Aan mij!

Mijn rijbewijs!

Met mij naam erop!

En mijn pasfoto!

Wat dacht ze nou, dat ik serieus ging rijden zonder mijn rijinstructeur!? Stelletje roekeloze mafklappers, dossierlikkers, geitenwollensokkengeiten!!

Maar ja, dan kom je thuis Bob, en dan steekt mijn mannelijke machohouding natuurlijk stevig de kop op. Nou, dan stort ik zeker niet wanhopig ter aarde, voor vriend's voeten, kermend als een geslagen hond, ontredderd als een vluchtelingenkind op zee: "Oohhh nou moet ik Patrick, maar ik durf niet, Patrick!!!"
Nee, nee. Niks daarvan.
Tss.. Who's the man!?
Exactly. Me. Mie. Ik dus.
'We gaan rijden, schatje, hier die sleutels.'
Hij kijkt me verheugd, maar ook een beetje bangig aan.
Al snel besluit ik dat hij me eerst maar naar een rustig bedrijventerrein rijdt zodat ik daar wat kan oefenen. Wel beter.


Kijk, Bob, ik vind dat rijden hasjstikke leuk. Alleen zodra ik voor een stoplicht sta en er verzamelen zich een rijtje auto's achter me en het licht verspringt naar groen... dan... precies... slaat ie af! En omdat er geen grote L meer op mijn dak staat weet dus niemand dat ik dat pokkeding amper een week heb! Gebeurde me dit tijdens het lessen was er niks aan de hand, maar nu...??!!

Bob, de intimidatie! De doodsbedreigingen! De anonieme brieven en de vreemde telefoontjes die ik nu allemaal krijg als de motor afslaat voor het groene licht! Het is vreselijk! Getoeter en gedoe!! En mensen scheuren vanuit stilstand achter me vandaan, terwijl ik wanhopig probeer de auto weer aan de praat te krijgen. Nog meer getoeter! Ondertussen het licht op oranje. Ik begin te huilen. Rood. Ben ik een half uur geleden vertrokken, ben ik de straat nog niet eens uit!

Maar goed, ik blijf elke dag een stukje rijden. Beetje rondweg, N-weggetjes, straten, snelweg en onverwachte stukjes boerenlandschap, waar ik plotseling verzeild raak (ja, want probeer maar eens te rijden en borden te lezen tegelijkertijd!), maar ik geef niet op.
Het komt goed.


Er is weinig verkeer op de weg dus ik ben niemand tot last... Ik wens mijzelf nog vele leuke en veilige kilometers toe en als je me ziet rijden Bob, laat dan godverdomme die klotezon niet te laag hangen. Dank u.
Amen.




Vrrrrroooemmm....... Doei Bob!


Reageren?